De sterke punten van DxO Optics Pro zittenvoornamelijk onder de motorkap. De software corrigeert standaardfouten probleemloos met behulp van voorgedefinieerde objectiefprofielen of automatische functies – of het nou om ruis, lensvertekening, vignettering, kleurzweem of om grote licht/donkercontrasten gaat. De correcties worden zo goed uitgevoerd dat je er doorgaans zelf niets meer aan hoeft te doen. In sommige gevallen zit de HDR-contrastcorrectie er wel eens naast – bijvoorbeeld bij zonsondergangen, waarbij je de donkere gedeelten eigenlijk ook donker wilt houden.
DxO biedt een behoorlijke keuze aan stijlen en presets voor specifieke effecten en correcties. Die zijn overzichtelijk in mappen verdeeld. Je kunt ook je eigen stijlen toevoegen – in de handige previewfunctie op het tabblad ‘Customize’ kun je snel zien wat voor effect de paletten op de foto hebben. Een klein maar fijn assortiment kleurprofielen zorgt voor natuurlijke kleuren of kleuren die je van analoge films kent: een look die de Fuji Astia 100 imiteert flatteert bijvoorbeeld de huidtinten in portretten, de Provia maakt een foto wat levendiger en de Velvia-simulatie geeft natuuropnamen wat meer glans. Voor 99 euro kun je een uitgebreide collectie filmsimulaties voor diapositieven, omgekeerde kleuren en zwart-wit met de bijbehorende filmkorrel aanschaffen.
Als je geen gebruik maakt van de automatische functies en profielen, begint de workflow snel te haperen – niet in de laatste plaats door de trage preview: zodra je een regelaar verschuift, valt de afbeelding in grote blokken uiteen. Pas als je de regelaar weer loslaat, wordt de preview langzaam bijgewerkt. Omdat je hierdoor meerdere pogingen moet ondernemen om de juiste instelling te vinden, gaat er met name bij omvangrijke fotoshoots aanzienlijk meer tijd inzitten dan bij Lightroom en Aperture, die wel realtime werken. Bovendien wordt het door de gelijkvormige grijs op grijs gehouden subpaletten met hun veel te kleine labels extra moeilijk om snel het juiste gereedschap te selecteren. De kleurencurve reageert met wat tegenzin op aanpassingen: de curve hapert en verandert niet vloeiend qua vorm, zoals je dat van andere beeldbewerkingprogramma’s kent. De Multi-Point Color Balance is wel heel handig. Hiermee zijn maximaal vier kleuren op een doelwaarde in te stellen.
DxO heeft te weinig sorteer- en filtercriteria om de workflow automatisch in te delen op basis van EXIF- of IPTC-informatie – zoals we boven beschreven. Het programma kan sowieso niets beginnen met IPTC-gegevens die in een raw-bestand zijn ingebed. Ook doet het niks met XMP-bestanden en DNG en exporteert het geen interne beoordelingen. Optics Pro distantieert zich bewust van beheerpakketten, maar zou op zijn minst voor een naadloze gegevensuitwisseling moeten zorgen om de eigen workflow te organiseren. Net als bij Capture One kun je meerdere exportinstellingen makkelijk in één proces combineren. Hierdoor zijn tiff- en jpegbestanden met een hoge resolutie in één keer te exporteren – handig als je een foto even snel wilt controleren. Bewerkelijke exportacties, bijvoorbeeld een combinatie van conversie, hernoemen, verscherpen en uploaden naar een website worden niet ondersteund. Ook een printfunctie voor in ieder geval contactafdrukken zoek je tevergeefs. De goedkopere Standard-versie heeft dezelfde functies als de Elite-versie, maar biedt geen ondersteuning voor professionele spiegelreflexcamera’s.